AD(H)D is not a neurological disorder — it’s a working style

I’ve noticed that many people struggle with ADD and ADHD. It often seems like there’s something neurologically wrong, something that deviates from being “neurotypical,” but that’s not how it works.

First of all, neurology is relatively overrated: you always use your entire body at the same time. People with ADHD use their whole physical system when doing cognitive tasks, which makes the intensity much higher. The energy consumption of someone with ADHD in hyperfocus is extreme — 100% directed at one task, because they pour their whole soul into it.

An ADHDer is a sprinter: you go faster, but you can’t keep it up as long. So you sprint, then recharge. A large part of the time it looks like you’re doing nothing, but when you do work, you work way faster than everyone else. For the outside world this is confusing: it seems like you’re constantly distracted, bored, and unfocused — and that’s kind of true. But what other people don’t understand is the intensity when you are doing something, especially when you enjoy it.

Most people — especially in office jobs — are more like diesel engines (the marathon type). They start their day at a lower intensity but keep it going for longer. ADHDers are more like kickboxers: they go full throttle when they do act, or when multiple stressful things happen at once. But neither style is better or worse.


Okay, but why can’t I ever finish anything?

If you’re like me — you start the laundry, three seconds later you’re on the phone, you forget the laundry, you forget your keys — remember this:

This style of working is a lot less stupid than it seems.

By working in big circles and constantly starting small tasks, you actually get really good at prioritising what does and doesn’t matter. If you practice it long enough, you can absolutely run a household without medication — but you need to start trusting your style. It’s true that in one moment the laundry is the most important thing in the world, and the next moment something entirely different is. Finishing a task is not always the most important goal.


For context: I myself am also ADHD (a pretty extreme case). I also have a boring 9-to-5 job. And that works — as long as you structure your life well.

You can raise your intensity before work by exercising. You can deliberately understimulate and later overstimulate yourself. You can take moments of silence and drop to an extremely low intensity. You can learn to run or do endurance sports, so you don’t blow all your energy at once.

But remember one thing:

If you’re an ADHDer and shit gets serious — you are the one who will get it done. Because you can work at a higher intensity than the rest.


AD(H)D is geen neurologische afwijking — het is een stijl van werken

Het valt me op dat veel mensen worstelen met ADD en ADHD. Het lijkt alsof er iets neurologisch mis is dat afwijkt van “neurotypisch”, maar zo werkt het niet.

Ten eerste is neurologie relatief onbelangrijk: je gebruikt altijd je hele lichaam tegelijk. ADHD’ers gebruiken bij cognitieve taken hun hele fysieke systeem, waardoor de intensiteit veel hoger ligt. Het energieverbruik van iemand met ADHD die in hyperfocus zit, is veel hoger — 100% gericht op één taak, omdat ze hun hele ziel en zaligheid erin stoppen.

Een ADHD’er is een sprinter: je gaat sneller, maar je houdt het minder lang vol. Dus je sprint, en daarna laad je weer op. Een groot deel van de tijd doe je ogenschijnlijk niks, maar als je werkt, werk je veel sneller dan de rest. Voor de buitenwereld is dat verwarrend: het lijkt alsof je constant afgeleid, verveeld en onoplettend bent — en dat klopt ook wel een beetje. Maar anderen begrijpen de intensiteit niet wanneer je wel iets doet, zeker als je het leuk vindt.

Veel mensen — vooral in kantoorbanen — zijn diesels (het type marathonloper). Ze beginnen op een lagere intensiteit, maar houden dat wél langer vol. ADHD’ers zijn meer als kickboksers: ze geven veel meer gas wanneer ze iets doen, of wanneer er veel stress tegelijk is. Maar het één is niet beter dan het ander.


Oké, maar waarom lukt het dan nooit om een klusje af te maken?

Als je net als ik bent: je zet de was aan, drie seconden later ben je aan het bellen, je vergeet de was, je vergeet je sleutel — bedenk dan dat deze stijl van werken minder dom is dan hij lijkt.

Door in grote cirkels te werken en steeds nieuwe taakjes te beginnen, leer je razendsnel prioriteren wat wel en niet belangrijk is. Als je het lang genoeg oefent, kun je prima een huishouden draaien zonder medicatie — maar je moet leren vertrouwen op jouw manier van werken. Het klopt namelijk dat op dit moment de was het belangrijkst is, en een minuut later iets totaal anders. Het voltooien van een taak centraal zetten is niet altijd het belangrijkste.


Even ter context: ik ben zelf ook ADHD’er (een extreem geval). Ik heb óók een slaapverwekkende 9-tot-5-baan. Dat kan prima — mits je je leven slim inricht.

Je kunt bijvoorbeeld vooraf je intensiteit verhogen door te sporten voor je werk. Je kunt jezelf soms onderprikkelen en daarna weer overprikkelen. Je kunt momenten van stilte nemen en bewust naar een extreem lage intensiteit gaan. Je kunt leren hardlopen of duursport doen, zodat je leert je energie niet in één keer weg te geven.

Maar onthoud één ding:

Als je ADHD’er bent en het spannend wordt, ben jij degene die het moet doen — omdat jij op een hogere intensiteit kunt werken dan de rest.


All psychiatric diseases are observational mistakes. That doesn’t mean they don’t exist, but I haven’t found a single one that is approached the right way.


Een computer is een terugkaatsend stukje stroom

Jij bent een mens, gemaakt van leven.
Een computer is gemaakt van stroompjes die aan en uit gaan. Meer is het niet.

Als jij de hele dag op je telefoon of computer zit, doe je niets anders dan tegen stroom praten. En die stroom praat terug.

Denken dat computers op fundamenteel niveau iets van het leven begrijpen, is lachwekkend. Het enige wat stroom kan laten zien, is een reflectie van het leven dat erachter zit. Dat is niet erg, maar zie het voor wat het is.


A computer is a bouncing bit of electricity

You are a human, made of life.
A computer is made of tiny currents switching on and off. That’s all it is.

If you spend all day on your phone or computer, you’re doing nothing more than talking to electricity. And that electricity talks back.

Thinking that computers fundamentally understand anything about life is laughable. The only thing electricity can show is a reflection of the life behind it. That’s not a problem — just see it for what it is.